In 1997 lanceerde de Duitse striptekenaar Andreas twee nieuwe series tegelijk: Arq en Capricornus. Die laatste moest een klassieke heldenstrip worden. Arq liet zich moeilijker definiëren. Wat begon als een avonturenstrip met fantasy- en SF-elementen, groeide uit tot een steeds complexer geheel. Met deel 18, Hier, is zojuist een einde gekomen aan een uitzonderlijk knap verhaal. [tweede deel van dit artikel; lees de eerste helft hier]
Je moet Andreas nageven dat hij in staat is om, binnen het strakke stramien van een reeks die bijna twee decennia in the making was, toch bij de tijd bleef. In de eerste cyclus van Arq, die ontstond aan het eind van de jaren ’90, zijn er nog bijrollen weggelegd voor gewapende Amerikaanse neonazi’s – het type Timothy McVeigh. Maar als de tweede cyclus begint, zijn we in het post-9/11-tijdperk beland. De titel van deel 7, Dorro Zengu, blijkt een anagram van Ground Zero. In deel 9, Kruisvuur, verklaart de auteur de oorsprong van Arqs “cocon” met een lange flasback naar de 14de eeuw en zien we kruisvaarders en moslimstrijders met elkaar de wapens kruisen.
Ook thematisch is Arq echt niet zo’n ver van mijn bed show als je zou denken. Net zoals veel romanschrijvers buigt Andreas zich over het mirakel dat de verbeelding is, over het raadsel van schepping in de breedste zin.
De voornaamste opdracht voor Andreas’ personages is altijd: zichzelf doorgronden. De reeks waarmee hij doorbrak, Rork, gaat over een personage uit een andere dimensie dat zijn oorsprong vergeten is, en zijn instinct volgt, in een poging zich zijn identiteit te herinneren. Min of meer hetzelfde gebeurt er in Capricornus: de avonturier-astroloog met roepnaam Capricornus verliest in het tweede album van de reeks zijn geheugen.
Met Arq heeft Andreas een nieuwe draai gegeven aan zijn identiteitenmolentje: deze personages ontdekken immers dat ze ficties zijn, ergo dat ze in de binnenwereld van Arq kunnen zijn wie ze willen. Wat meteen de vraag oproept: wie wil je zijn?
Ieder mens die sterft is een museum dat de deuren sluit. Dit zinnetje zag ik kortgeleden passeren op Facebook. In Arq is dat de letterlijke waarheid: in een individu kan een hele wereld schuilen en die verdwijnt/verdampt bij de dood van de schepper.
De Amerikaanse filosofe en romanschrijfster Rebecca Newberger Goldstein schrijft iets soortgelijks in haar boek Betraying Spinoza, over de dood van haar zus:
The sister whose hand I am clutching in the picture is dead. I wonder every day whether she still exists. A person whom one has loved seems altogether too significant a thing to simply vanish altogether from the world. A person whom one loves is a world, just as one knows oneself to be a world. How can worlds like simply cease altogether?
In album 13 krijgt een nevenpersonage het verwijt dat 'zij steeds meer in haar eigen wereldje zat'. Gekte of gewoon de toestand waarin we allemaal ons leven leiden? Het is een kwestie van evenwicht, betoogt Andreas in de finale van de reeks:
We hebben allemaal een wereld in ons hoofd die we bewonen. Maar we zien ook de werelden die ons omringen. Ons gevecht bestaat erin onze wereld te doen aanvaarden door de anderen, of die van hen te aanvaarden. Ons leven hangt af van de mate waarin we ons aanpassen aan andere werkelijkheden. Als we alleen de onze aanvaarden en alle andere uitsluiten, eindigen we alleen, oog in oog met onszelf.
Met de derde cyclus bevinden we ons (misschien!) in de realiteit. Dat geeft Andreas (niet heel subtiel) aan door een ziekenhuis op dit verhaalniveau Reality County Hospital te noemen. Maar de oplettende lezer had het al eerder door. Op dit verhaalniveau draait alles rond het personage Mike Arson, een jongeman wiens vriendinnetje Colyn spoorloos verdwenen is en die zelf in een soort coma is beland. Op Mikes kamer zien we tal van voorwerpen, een onoverzichtelijke zooi voor de privé-detective die de zaak van Mike onderzoekt – maar de Arq-lezer herkent juist heel veel. Hij herkent het bord met ‘Ground Zero’ erop, dat opdook in het album Dorro Zengu; dat was een verhaal op het tweede niveau, dat van Arthur Gilpatric en de onderzoekers in White Dust. De lezer ziet ook het wapen dat Alanna, één van de ontdekkingsreizigers in Arq, creëerde in album 5, een episode die zich op het eerste verhaalniveau afspeelde. De verhaalniveaus beïnvloeden elkaar.
Ook dat is, als je er even over doordenkt, niet zo heel gek. Ook in onze wereld hebben bedenksels invloed.
Onze wereld wordt beïnvloed door ideeën, concepten die rijpen in de geest van mensen die we denkers noemen, die op papier worden vastgelegd (met letters, wat uiteindelijk ook maar gestileerde tekeningen zijn) en gaan de realiteit dan veranderen. Dat is één van de grootste raadsels in Arq: dat wat er gebeurt in verzinsels, in de geestenwereld die iemand in zich meedraagt, gevolgen kan hebben voor de bedenker. In het voorlaatste album wordt dat 'de omkering van de causaliteit' genoemd: het bedenksel verandert de realiteit van de bedenker.
De Andreas-kenners – maar eigenlijk is elke Andreas-liefhebber per definitie een kenner – zullen niet verbaasd zijn door de laatste pagina van de cyclus: enkele tekeningen van een peuter die met houten stokjes en cirkels letters op de grond vormt. Eén van die combinaties levert het woord “Arq” op. Dat was ook al de conclusie van de reeks Rork: het enige wat overblijft, zijn tekens.
En dat werkt ook andersom: het begínt allemaal bij tekens. Zullen schrijvers wel eens de taal of de verbeelding ophemelen, dan gaat een tekenaar uiteraard nog een stap verder: niet woorden zijn de oorsprong van verbeelding, maar de vormen, de streepjes, cirkels en haakjes die samen letters vormen.
Niet toevallig is het hoofdpersonage van Rork een kenner van vergeten talen, in onleesbare schriften. Niet toevallig bevat Andreas’ moeilijkste werk, het tweeluik Cyrrus/Mil, een lange scène waarin oermensen die de taal nog niet beheersen, communiceren met tekeningetjes in het zand.
Het is een haast emotionele ervaring – sorry, beste lezer – om over Arq te schrijven als één geheel. Sinds 1997 al volg ik de reeks, nu en dan stukken herlezend om beter greep te krijgen op het verhaal. Niet alleen is het nu onherroepelijk afgelopen, het einde is bovendien even onverwacht als bevredigend. Arq heeft nog maar eens bewezen wat veel meer mensen zouden moeten weten: het werk van Andreas is hoogstaand en uniek, met niets te vergelijken, niet in de commerciële, niet in de artistiek(erig)e sector. Een godsgeschenk voor veeleisende lezers.
Arq. Achttien delen van 46 bladzijden elk, uitgegeven door Stichting Sherpa, € 19,95 per deel.
Van de eerste zes delen verscheen in 2009 een goedkope bundeling (Arq: Eerste cyclus, ISBN: 9789075504996), maar die is alleen nog antiquarisch te vinden.
De originele versies, verschenen bij Editions Delcourt, zijn bij Amazon en in de iTunes Store te koop als e-boeken, aan € 9,99 per deel. Dit artikel verscheen vorig jaar in Staalkaart.
Andreas online:
http://wattmanworm.tumblr.com/
Geen opmerkingen:
Een reactie posten